Er heeft geen kasteeltje gestaan bij zondereigen
Met 22 wandelaars heeft Amalia het vierde kwartier van Zondereigen verkend op de zomeravondwandeling van donderdag 6 juni, een stukje Zondereigen dat echt onbekend is. Op eerdere zomeravondwandelingen had Amalia al in de andere kwartieren gewandeld: langs de Noordermark, door het Kerkemoer en over het knuppelpad in de Ruitersvelden, trajecten die inmiddels al bij velen bekend zijn.
Amalia mocht op de laatste zomeravondwandeling veel nieuwe gezichten verwelkomen. Iedereen was benieuwd naar het verhaal achter de aankondigingsfoto waarop een poort stond afgebeeld. Zou er echt een kasteeltje hebben gestaan in Zondereigen? Niemand kende het verhaal van de heer François uit Herentals, die eerst voor de gezondheid van zijn vrouw een woning in het dorp Zondereigen had gekocht, later een stukje grond ten noorden van het kerkhof kon kopen en daar – om zijn vrouw van nog schoner lucht te laten genieten – een buitenverblijf op wilde bouwen. Omdat de gemeente voor dat laatste een stokje stak, heeft hij er maar een schapenstal gebouwd, maar dan wel eentje met marmer op de vloer en verwarming. Ook was de stal aangesloten op het elektriciteitsnet. Dat is in een notendop het verhaal achter de poort die er nog steeds staat. In de ruilverkaveling is het land inmiddels toebedeeld aan een landbouwer op het Gel die er nu koeien heeft grazen. Vandaar dat er een waas van geheimzinnigheid rond de poot hangt.
Het kwam goed uit dat we met een grote groep waren. Na onze doortocht was er een mooi paadje ontstaan op het pad dat een heel mooi zicht geeft op het dal van de Schouwloop. We zaten dan al wel in Holland, op een behoorlijk overwoekerd pad dat uitkomt op de Strontbaan. Vroeger werd het pad veel gebruikt door mensen uit Zondereigen, voor een wandelingetje rond het dorp. Nu wordt het gemeden omdat het niet echt goed toegankelijk meer is. Jammer, was het oordeel van de wandelaars, want je komt ogen en oren te kort om van alles rond het pad te genieten. Langs het ‘Hollands Kamp’ en De Blokken zijn we weer teruggelopen naar Zondereigen, twee uur en tien minuten verder. Dat betekent dat we vaak hebben stilgestaan, er was dan ook veel ‘heemwaardig’ te vertellen onderweg.
Het eerste stuk van het pad langs de schouwloop is goed te belopen
Ter hoogte van het bosje wordt het al minder, vaak heel nat, maar dan biedt het naastgelegen dijkje wel uitkomst
Op het middenstuk staat het gras en de brandnetels (bijna) manshoog
Er is veel te vertellen onderweg
Foto’s: Ton van Alphen