Heemreis naar Maastricht

Leeuwenmolen

De 46ste heemreis van Heemkundekring Amalia van Solms bracht ons op zaterdag 8 juni 2024 naar Maastricht, één van de populairste Nederlandse steden voor daguitstappen. Het historisch centrum is een beschermd stadsgezicht en heeft een enorm aanbod aan bezienswaardigheden. Maar ook buiten het centrum zijn bijzondere plekjes te ontdekken.

Mergel

De Sint-Pietersberg was bekend voor zijn mergelwinning. In 1921 werd de berg door Martin Verbeeck aangekocht. Hij was de “Belgische cementkoning” en had zijn zomerverblijf op het Zwart Goor, aan de rand van de parochie Zondereigen. Verbeeck was destijds één van de belangrijkste industriëlen in Europa. Hij groepeerde cementfabrieken en dat leidde tot de oprichting van het machtige concern CBR, één van de grootste Belgische bedrijven ooit. In 1926 kreeg Verbeeck toestemming om de Sint-Pietersberg af te graven. Hij werd medeoprichter van een nieuwe toonaangevende speler in de cementwereld: de “Eerste Nederlandse Cement Industrie” of ENCI, de grootste cementfabriek van Europa. Op het hoogtepunt waren er meer dan 1.200 werknemers. Intussen is het bedrijf volledig gestopt. Achter het reusachtige complex bevindt zich een mergelgroeve van ruim 130 hectare groot en 98 meter diep. In nauwe samenwerking met Natuurmonumenten loopt een herbestemmingsplan. In de groeve mag de natuur zich vrij ontwikkelen.

Mergelgroeve

Stadswandelingen

Op het programma stonden ook twee stadswandelingen. In de voormiddag trokken we langs de stadsmuren en watermolens van het Jekerkwartier naar het Vrijthof. Daar werd de vroegere tweeherigheid van Maastricht besproken. Nu is de stad volledig Nederlands, maar tot aan de Franse inval 230 jaar geleden behoorde ze deels tot het prinsbisdom Luik en deels tot het Hertogdom Brabant (later Staats-Brabant). Dat komt omdat Maastricht vanuit twee stadskernen is ontstaan. De Romeinse legerplaats in de buurt van het Onze-Lieve-Vrouweplein kwam in de vroege middeleeuwen in handen van de bisschoppen van Luik. Buiten dat kamp lag een Romeinse begraafplaats met de grafkerk van Sint-Servaas: het huidige Vrijthof. Dat gebied kwam in 1204 toe aan hertog Hendrik I van Brabant, die zes jaar eerder aan de basis van onze enclaves lag!

Het grondgebied van Maastricht was dus opgesplitst, maar het besturen ervan gebeurde samen. Er waren twee burgemeesters en twee colleges: een Luiks en een Brabants, maar ze vergaderden en beslisten altijd gezamenlijk. Er was ook maar één stadhuis. In de stad woonden Luikse en Brabantse burgers kriskras door elkaar. Het behoren tot één van die groepen werd niet bepaald door de woonplaats, maar door de moederlijke afstammingslijn. Nieuwe burgers die niet afkomstig waren uit het prinsbisdom Luik, werden automatisch bij Brabant ingedeeld. Bij de berechting van criminele feiten was de groep waartoe de dader behoorde doorslaggevend: het maakte niet uit waar het delict gepleegd was. Bij conflicten over onroerend goed werd de rechtsgang bepaald door het territorium waarin het goed gelegen was.

Lunch in de Ingel

De lunch in Grand Café d’n Ingel was goed verzorgd, waarna we op pad trokken dwars door het winkelcentrum van Maastricht. Onze doortocht in de vroegere kerk van boekenhandel de Dominicanen kon op veel bijval van de deelnemers rekenen. We hadden zelfs het geluk om er projecties van oude muurschilderingen te zien, waaronder de oudste kerkelijke wandschildering van Nederland (1337).

Stadhuis

In 1655 werd de oprichting van het stadhuis in de typisch symmetrische stijl van het Hollands classicisme goedgekeurd. De ontwerper was bouwmeester Pieter Post. Deze architect tekende ook het Koninklijk Paleis op de Dam in Amsterdam, de Kaaswaag in Gouda en in Den Haag het Mauritshuis, Paleis Noordeinde, het Binnenhof en Paleis Huis ten Bosch. Dit laatste gebouw werd als zomerverblijf opgericht in opdracht van prins Frederik Hendrik en zijn vrouw, Amalia van Solms. We weten dat Pieter Post voor Amalia van Solms ook haar kasteel in Turnhout restaureerde. Op 8 augustus 1843 werd in het stadhuis het Traktaat van Maastricht ondertekend door Belgische en Nederlandse grensscheiders. Na de officiële boedelscheiding in 1839 werd daarmee de grens tussen de twee landen vastgelegd. Dat gebeurde overal, behalve in Baarle. Daar kwam een gat in de grens en de landmeters zouden later nog terugkomen om het gat te dichten. De buitengrens werd pas in 1974 gedicht en het duurde tot 1995 vooraleer ook de enclavegrenzen tot rijksgrenzen werden verheven. Het duurde dus meer dan 152 jaar voor het Verdrag van Maastricht volledig was voltooid.

Sint Servaasbrug

Bij de Maas ging onze aandacht naar de Sint-Servaasbrug, de oudste brug van Nederland. Al in de Romeinse tijd was er een brug over de Maas. Eerst een pontonbrug, dan een houten brug en vervolgens een stenen brug. De belangrijkste heirweg van de Lage Landen (van Keulen naar Boulogne-sur-Mer) passeerde daar de stroom. De naam “Maastricht” komt waarschijnlijk van het Latijnse Mosae Trajectum of  “oversteekplaats bij de Maas”. Na een bezoek aan de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek en de Bisschopsmolen werd ons bezoek aan Maastricht afgesloten met een ruim uur vrije tijd. Het zonnige weer nodigde velen voor een terrasje uit.

Woonhuis van André Rieu

André Rieu

De rode draad bij onze stadswandelingen was de bekendste Maastrichtenaar, André Rieu. Hij is de Koning van de Wals en leider van het grootste privé-orkest ter wereld, het Johan Strauss orkest. Met de bus passeerden we zijn woonhuis: kasteel de Torentjes.

Plaquette tegen zijn geboortehuis

We bezochten ook het huis waar hij op 1 oktober 1949 is geboren. Zijn ouders waren enkele dagen eerder vanuit Amsterdam naar Maastricht verhuisd. Het gezin telde zes kinderen: drie jongens en drie meisjes. Ze hadden een moeilijke jeugd en werden streng rooms-katholiek opgevoed. Ze groeiden op met klassieke muziek want hun vader was dirigent van het Limburgs Symfonie Orkest. André kreeg zijn eerste vioollessen toen hij 5 jaar was en op 9-jarige leeftijd zong hij in het kerkkoor in de Sint-Servaasbasiliek. Ter gelegenheid van zijn 65ste verjaardag (nu tien jaar geleden) werd een plaquette tegen de gevel aangebracht. Op het Vrijthof wandelden wij op de locatie van zijn betoverende concerten. Op het plein staan dan 11.000 stoelen opgesteld. Deze zomer komen in totaal 143.000 bezoekers langs, want alle tickets op het plein waren in oktober al uitverkocht! In totaal zijn al zo’n 125 concerten georganiseerd met in totaal meer dan 1.300.000 aanwezigen…

Plaquette op het Vrijthof
Scroll naar boven